AC BUSINESS: Verbinden met de webserver

Levensgevaar door het risico op elektrische schokken

Er bestaat een risico op elektrische schokken wanneer u werkt aan de elektrische installatie van de EV-laadbox. Alle werkzaamheden waarvoor de Ev-laadbox moet worden geopend, mogen alleen door een elektricien worden uitgevoerd.

Let ook op de documentatie van de EV-laadbox (montagehandleidingen en gebruikshandleiding). U kunt de documenten in de productcatalogus downloaden.

Als er tijdens de eerste installatie geen Ethernet-kabel in de EV-laadbox is geïnstalleerd, voegt u een andere kabelingang toe in de behuizing van de EV-laadbox en sluit u een kabelwartel aan. Neem de assemblage- en installatieinstructies in acht.

Leid de Ethernet-kabel door de kabelwartel en sluit de kabel aan op de Ethernet-interface op de laadcontroller.
Sluit de EV-laadbox en schroef het deksel weer vast.
Schakel de EV-laadbox in.
Sluit de laptop aan op de oplaadcontroller voor de EV-laadbox.

Start uw computer.
Druk op de Win+R-knoppen.
Het venster Uitvoeren opent.
Voer het commando ncpa.cpl in en bevestg door op OK te drukken.
Klik met de rechtermuisknop op de bekabelde netwerkverbinding en klik op Eigenschappen.

Klik op internetprotocol, versie 4 (TCP/IPv4) en klik dan op Eigenschappen.
Als er al gegevens in de velden staan, noteert u de gegevens en instellingen zodat u later toegang tot het netwerk kunt krijgen.
Als er geen gegevens aanwezig zijn, kunt u het punt IP-adres automatisch opnieuw selecteren.

Activeer de optie Gebruik het volgende IP-adres.
Voer een Ip-adres in tussen 192.168.0.2 en 192.168.0.254 (behalve voor 192.168.0.8).
Voer 255.255.255.0 in als het subnetmasker.
Bevestig door op Oktete drukken.

192.168.0.8 is het standaard statische IP-adres dat is toegewezen aan de EV-laadbox DHCP wordt gedeactiveerd op de Ethernetinterface bij levering. U kunt de DHCP-instelling wijzigen in de webserver van de EV-laadbox. Houd er rekening mee dat er conflicten kunnen zijn met IP-adressen als u nog steeds bent verbonden met andere netwerken die hetzelfde subnet gebruiken.

Als u het niet zeker weet, koppelt u alle andere netwerkaansluitingen los. Normaal is het niet nodig om uw eigen IP-adres als de standaard gateway ook in te voeren. In sommige situaties kan dit echter problemen met de aansluiting oplossen.

Open een webbrowser.
Voer het IP-adres van de EV-laadbox in de adresregel in: http://192.168.0.8
De webserver wordt gestart. Uw inloggegevens worden aangevraagd.
De toegangsgegevens worden verstrekt in de gebruikershandleiding.
De statuspagina van de webserver wordt weergegeven.
Als de aansluiting niet succesvol is, probeer het dan opnieuw met een andere browser of een andere laptop.

Zodra u gereed bent met de configuratie van de EV-laadbox, reactiveer de puntenHaal IP-adres automatisch op en Haal DNS-serveradres automatisch op of sluit de netwerkaansluiting opnieuw aan met het eerder aangegeven adres.
Koppel de LAN-kabel los van de EV-laadbox en sluit de EV-laadbox aan.